Israël

Na Wadi Rum zijn we over de vluchtstrook van de snelweg (klinkt erger dan het hier is) naar Aqaba gefietst. In deze strandplaats is het een stuk warmer dan in de woestijn. Er hangt een heel andere sfeer, door de bebouwing, begroeiing en het aantal toeristen.

We zijn erg benieuwd naar de grensovergang, omdat we vrezen voor moeilijkheden, aangezien we Iraanse stempels in onze paspoorten hebben. Dat zou een kruisverhoor kunnen opleveren en in het ergste geval weigeren ze ons de toegang. Om daarover zekerheid te hebben besluiten we die zelfde middag de grens over te fietsen. Dit blijkt uiteindelijk vrij soepel te gaan. Na diverse paspoortcontroles en een bagagecheck, krijgen we bij het laatste loket wel wat vragen, zoals “wat heb je in Iran gedaan? Hoe vaak ben je daar geweest? Ben je van plan daar nog een keer naar toe te gaan? Waarom heb je fietsen meegenomen? Hoe weet je hier de weg? Weet je de weg, omdat je al eens eerder in Israel geweest bent? (Dat laatste staat geregistreerd). Deze vragen hebben we blijkbaar goed beantwoord, want we kregen de Blauwe Kaart en mogen dus tijdelijk in Israel verblijven.

In Eilat moeten we wennen aan de verschillen met Jordanie. We zien drukker verkeer, vele elektrische steps en een toeristische boulevard met kermisattracties. De prijzen zijn een stuk hoger. We hebben helaas te weinig dagen over om door de Westbank te fietsen, zoals we oorspronkelijk van plan waren. Na een dagje strand in Eilat nemen we de bus naar Tel Aviv om vanaf daar naar het noorden te fietsen. Aangezien we pas om 13.30u met de bus aankomen en het hier al om 16.30u donker wordt, verblijven we eerst een nachtje in een hostel in Tel Aviv. In deze levendige stad zijn er genoeg restaurantjes, terrasjes, parken en fietspaden, er hangt een relaxte sfeer.

Drie dagen proberen we te fietsen, maar het blijkt erg lastig te zijn om goede wegen te vinden. Het is te los zand of te modderig of gewoon geen weg, behalve snelweg. We lossen dit op door telkens een deel van de route de trein te nemen. Het voordeel is dat de fiets gratis mee mag, maar dat is alleen toegestaan tussen 9.00u en 15.00u.

We hebben nog wat sightseeing gedaan in Haifa en Akko. Vooral Akko is een erg leuke plaats met een oude stadskern omringd door een stadsmuur met vele smalle steegjes, een bazaar en een haventje. We herkennen een Arabische sfeer en genieten wederom van lekker eten. Dat we weer om 05.30u gewekt worden door de oproep van het gebed vanuit de moskee nemen we op de koop toe.

In de trein naar Tel Aviv raken we aan de praat met een jong stel wat graag leuke plekken noemt en tips geeft voor leuke restaurants in Tel Aviv. Het zijn hele goede tips, waardoor we op echt leuke plekken komen. Op vrijdag is het begin van de Sabbath. De meeste mensen zijn vrij en het is enorm druk in Jaffa, op de Carmel markt en bij alle restaurantjes en barretjes. Overal is luide muziek, wat een chaos! Wel erg leuk om hier doorheen te struinen.

Pizza met za’atar😁

Ook zaterdag gedragen we ons als de locals. Rondhangen langs de boulevard, want de meeste winkels zijn gesloten. En zoveel mogelijk genieten van de lekkere mezzes😋.

Petra en Wadi Rum

We starten onze tweedaagse Petra bij Little Petra om vanaf daar naar de Monastery van Petra te lopen (“backdoor-trail”) Alleen al de omgeving is schitterend. De bouwwerken die uit de rotsen gehouwen zijn, zijn groots en indrukwekkend.

We glimlachen om de mensen die hier toeristen uitnodigen om souvenirs te kopen “happy hour, special price!” We schieten in de lach als er plotseling in het Nederlands wordt gezegd “goedkoper dan de Hema”! Oudere toeristen laten zich per ezel vervoeren met angst op hun gezichten, als de ezels zich manoevreren over de gladde, ongelijke traptreden, tussen de drukte door. We zien gidsen met Arabische eyeliner, die toeristen ook laten zetten, de Arabische sjaals (keffiyeh) die door de meerderheid gedragen wordt en vele fotoshoots uitgedost voor de bouwerken of op een kameel. Dat alles in een erg mooi tafereel, dat wel.
We eindigen langs het hoogtepunt, de Treasury, het bekendste bouwwerk dat op iedere foto van Petra staat. Het is inderdaad erg indrukwekkend!

De volgende ochtend staan we extra vroeg op, om de hordes toeristen voor te zijn als we de Treasury willen bekijken. Dat lukt niet. Als het nog schemert lopen we al in grote getalen door de Siq, de kloof die uitkomt bij de Treasury. Ach ja, dit is echt zo’n lokatie waar je nou eenmaal niet de enige bent.

Van Wadi Musa naar Wadi Rum fietsen we 114km op 1 dag. De fietsdag begon met flink veel hoogtemeters. Een buschauffeur verklaarde ons voor gek en bood ons zelfs een lift aan. Nee, we willen nog wel wát zelf fietsen deze vakantie! Op sommige plekken was het erg mistig.

Een toeristisch uitkijkpunt bleek de laatste stop te zijn om nog wat eten te scoren. We kochten een “sandwich” (opgerold platbrood met hummus en vieze witte smeerkaas en worst), beter iets dan niets. Na ca 70km waren we weer in een dorpje waar we nog wat brood en cola kochten, bij een ‘soprmarkt’. Een jongen op straat sprak het precies zo uit. Alle voorbijgangers knikken vriendelijk, vragen onze naam en waar we vandaan komen. Kinderen zwaaien en geven een snoepje. Erg schattig. Ik maakte een foto van de “soprmarket” en de 2 medewerkers wilden ook graag op de foto.

Op een gegeven moment moesten we een stuk over de snelweg fietsen. Er bleek geen vluchtstrook, dus we hielden weer een pickup-truck aan. Hij had zelf geen plek voor fietsen, maar hij belde iemand. Binnen een minuut kwamen er 2 vrienden met een busje waarin ze wel pasten. Er werd geen woord gesproken, maar er werd goedkeurend geknikt. En we spraken af waar we weer verder konden fietsen. Dit scheelde weer een stukje, we moesten uiterlijk 17.30u bij Wadi rum zijn. Gelukkig vanaf nu voornamelijk vlak. Een lange rechte weg.

We hebben last minute een jeeptour geboekt bij Wadi Rum Nomads, een organisatie gerund door een bedoeïnen familie en een Nederlandse dame die hier al 7 jaar woont en werkt.
We werden naar het kamp gebracht waar we konden douchen en daarna gezamenlijk eten. Ze geven ons een inkijkje in de manier van leven van bedoeïnen en hun manier van koken. De maaltijd had een uur gegaard op een bbq, afgedekt onder zand.

We slapen in een tent, opgerold als kebab tussen 2 dikke wollen dekens en onder een heldere sterrenhemel.

We hebben gekozen voor de alternatieve jeeptour ‘off the beaten track’ en samen met 2 andere toeristen worden we door gids Hamed rondgeleid. We komen inderdaad op plaatsen waar we verder geen toeristen zien. De woestijn is enorm uitgestrekt met indrukwekkende rotsformaties waar we op mogen klauteren voor nog mooiere uitzichten. Het is een relaxte dag, van het ene mooie uitzichtpunt naar het andere, waarbij we telkens een stukje wandelen en klauteren. Tussendoor worden thee en de lunch opgewarmd op een vuurtje. De jeeptour wordt afgesloten met een kopje thee met zicht op zonsondergang. Dan rijden we weer terug naar het kamp voor de gezamenlijke maaltijd.

Momenteel is de woestijn te droog om zelfvoorzienend te kunnen zijn. Het kost de bedoeïnen geld om hun dieren te voeden en kunnen hun manier van leven eigenlijk alleen volhouden dankzij de inkomsten van het toerisme. We zijn blij dat we daar op deze manier aan bij hebben kunnen dragen. 🙂

Aïs – Shobak – Wadi Musa

Vanaf Kerak fietsen we weer over de Kings Highway. De route bestaat enerzijds uit het fietsen door dorpjes, waar we genoeg bekijks hebben en verwelkomingen, vragen of aanmoedigingen krijgen en waar we boodschappen kunnen inslaan.

Anderzijds door wijdse landschappen met schitterende uitzichten.
Met momenten die je niet vast kunt leggen op foto’s; in de verte zitten 2 mannen tegen een rotswand bij een kampvuurtje. Vanuit die afstand roepen ze “Welcome to Jordan!”.
Als we onze lunch op eten langs de kant van de weg komt een jonge geitenhoeder voorbij met luide muziek uit zijn smartphone. Tot een gesprek komt het niet echt, behalve dat wij uit Holanda komen en hij uit Jordan.

In het dorp Aïs waar niet vaak toeristen komen worden we bekeken en begroet. Als we s avonds naar een restaurant willen gaan, hebben we nog geen 50m gelopen en we krijgen al een lift aangeboden van medewerkers van ons hotel (terwijl het eigenlijk ca 1km lopen is). De opties restaurant zijn alleen maar fastfood. We kiezen er 1 waar je ook kunt zitten. De kaart is volledig Arabisch, maar iedereen wil ons graag helpen. We wijzen foto’s aan en zo komt het goed. Iedereen draagt hier lange bruine dikke jassen, in de auto zien we dat het 14 graden is, de flinke wind maakt het koud.

’s Ochtend waait het nog steeds en het is echt fris. We gaan op pad en worden berg opwaarts geblazen. Als onze richting verandert is het bijna niet meer te doen. Ik heb het gevoel bijna van mijn fiets afgeblazen te worden. Als we dan ook nog moeten klimmen, kan ik mijn evenwicht niet bewaren en besluit te lopen. Een hond langs de kant slaat aan. Er komen nog meer honden, op een gegeven moment wel een stuk of 10, allemaal blaffend. Een busje stopt en de chauffeur gebiedt ons in te stappen. We kunnen bijna niet communiceren vanwege het geluid van de wind, maar er is ook geen woord Engels bij. De gebaren zijn echter duidelijk en we zijn dankbaar! Hij brengt ons tot een punt, waar we eerst een cola nemen.

We proberen weer te fietsen, maar het schiet voor geen meter op. Ik stuur tegen de zijwaartse wind in en ben bang mijn evenwicht te verliezen. We proberen een lift te krijgen. We besluiten een stukje terug te lopen, waar er meer ruimte is om te liften. Er stopt een pickup truck, maar die rijdt natuurlijk de andere kant op. Hij stelt toch voor om onze fietsen in te laden en brengt ons naar een punt waar we thee kunnen drinken en waar souvenirs verkocht worden. De eigenaar stelt voor om een chauffeur te regelen. We besluiten dat af te slaan en gaan het weer proberen. We fietsen/lopen een paar meter en al snel stopt er weer een busje. De eerste vraagt 30JOD. Ook die slaan we af. De volgende moet eigenlijk 30km verderop zijn, denken we, maar hij herhaalt de plek waar wij naar toe willen, Shobak. Ook al is een deel van de route ook goed. Wederom geen woord Engels, maar na een paar minuten vraagt hij koffie? De eerste keer Arabische koffie, hoe smaakvol (met Kardemom) en sterk! Lekker hoor! We krijgen ook nog een fles water. Hij rijdt helemaal door tot Shobak en maakt duidelijk dat hij geen geld wil. Als de fietsen uitgeladen worden, pak ik toch 10JOD en een Hollands koelkastmagneetje. Dat laatste pakt hij aan, het geld wordt geweigerd. Als we onze tassen opladen stopt een auto, hebben jullie reservering voor de 7 Caves Hotel? See you in a minute! De laatste 200m fietsen we.😅

Het hotel in Shobak is echt fantastisch met een geweldige grot kamer.
s Middags bekijken we het kasteel van Shobak.
Als de zon achter de bergen verdwijnt, koelt het snel af. In onze kamer wordt de vuurkachel aangestoken. We eten bij het hotel, samen met andere gasten. Een heerlijk buffet wordt er gepresenteerd met ovenschalen met groenten, kip en aardappelen, gehaktballetjes, rijst en salade. Baklava als toetje. Echt heerlijk allemaal.

Als we de volgende dag langs de route stoppen om cola te drinken wordt gevraagd waar we vandaan komen en praten we over voetbal (Vanavond NL – Senegal ;-)), we krijgen sinaasappels en even later een stuk platbrood met gesmolten kaas en za’atar. Zo lekker!

Het laatste stuk is langs Petra en door schitterend landschap, over het hoogste puntje van de biketrail (1700m). In Wadi Musa maken we weer gebruik van het diner in het guesthouse, waar de lekkerste maaltijden te verkrijgen zijn. We genieten o.a. van Maqlouba (upside down), een gerecht met rijst, kip, groenten en kruiden, gegaard in een pan en vlak voor het serveren wordt de pan onderste boven gedraaid. We verblijven hier 3 nachten, want we zullen 2 dagen besteden aan het bezichtigen van Petra.

Ontbijt in het guesthouse

Karak en bezoek aan tandarts

In Karak verblijven we in een leuk guesthouse, The Old House. De eigenaar belt een vriend die ons wel voor een zacht prijsje naar de tandarts in Amman wil brengen.

De tandarts spreekt goed Engels en heeft moderne apparatuur. Hij legt uit wat hij gaat doen. Ik antwoord dat ik blij ben dat ik niet op alle vakantiefoto’s mijn voortand hoef te missen. Hij grapt “dan had je gewoon een mondmasker opgezet en zeg je dat er hier nog Corona heerst”.😁

Het is niet erg om in The Old House te verblijven. ’s Avonds wordt er heerlijk gekookt. In de ochtend hebben we nog tijd gehad om het kasteel van Karak te bezoeken. Maar we hebben ook wel zin om weer verder te fietsen!

De eerste fietsdagen

Na een dagje sightseeing in Amman en onze fietsen weer gereed maken zijn we klaar voor onze eerste fietsdag. We fietsen naar Madaba, de stad waar de meeste christenen wonen. Hier splitste Mozes de zee in twee. We arriveren al voor de lunch, ondanks dat het flink klimmen was om Amman uit te komen. Het was wel grappig om weer veel aandacht te krijgen. Hello, welcome to Jordan! werd regelmatig geroepen.

De tweede dag volgden we de Jordan Bike Trail, welke deels verhard en deels onverhard was. Al snel leken we in the middle of nowhere te zijn, met schitterende vergezichten, af en toe een schapenhoeder of een paar bedoeinen en af en toe wat blaffende honden.

Daar waar de onverharde trail bergopwaarts ging en er wat grotere stenen op het pad lagen wilde Sabine afstappen in een bocht, maar viel daarbij, precies met haar gezicht op een grote kei. Eén voortand zat los, wat schrammen op de kin en blauwe plekken hier en daar. Op zich lijkt het dus mee te vallen, hoewel die losse tand niet heel handig is. Als het hierbij blijft is het wellicht vol te houden tot we weer in NL zijn. We fietsen dus verder.

Uitzicht op de Dode Zee.

Vandaag is zo’n dag dat we niet goed weten waar we zullen slapen. Er lijkt volgens googlemaps geen overnachtingsmogelijkheid te zijn binnen bereikbare afstand. Daarom hebben we ook onze tent meegenomen. Als we rond 16u in de vallei uitkijken naar een slaapplaats, zien we nog vrij veel mensen en honden en geen geschikte plek. Iets verderop is een lodge, waarmee we eerder contact hadden gehad, maar die we gezien de afstand geannuleerd hadden. Misschien is dat in dit geval toch de beste optie, echter nog wel ver fietsen.

Dan zien we een pickuptruck met 4 jongemannen en wagen het erop; kunnen wij en onze fietsen een stukje meeliften? Geen probleem, we passen best met 4 personen op de achterbank. Ze zetten ons af bij de lodge en wachten tot we contact hebben met de eigenaar.

Het was ooit een mooie villa met privézwembad, maar is nu vergane glorie. Geen water in het zwembad, geen warm water uit de douche, geen keukenfaciliteiten. Maar wel een bed en een dak boven ons hoofd, precies wat we nodig hebben.

In deze lodge in the middle of nowhere moeten we het doen met ons zelf meegebrachte brood en hummus, tomaat en komkommer, dat we gekocht hebben in het laatste dorpje waar we vandaag doorheen kwamen. We hadden gehoopt dat er ook een restaurant zou zijn. Maar de medewerker in de supermarkt antwoordde in beperkt Engels. “No restaurant, but we have hummus!”

Via contact met tandarts/fietsvriendin in NL besluiten we toch maar een bezoek aan een tandarts te regelen om de losse tand vast te zetten en te checken of er nog meer problemen zijn of zouden kunnen ontstaan. Via facebook en whatsapp legt Sabine contact met een tandarts in Amman. Vrijdag is hier de heilige dag/’zondag’, maar gelukkig kan ik daar toch terecht.

De volgende dag fietsen we naar Karak, waar we 2 nachten blijven, zodat we morgen (vrijdag) op en neer naar de tandarts in Amman kunnen gaan. Gezien het minimale avondmaal en ontbijt, hebben we niet veel energie in onze benen en bij een lange klim proberen we weer een keer mee te liften. Iedereen die we aanhouden stopt meteen en de derde heeft ook echt voldoende ruimte in zijn pickup truck. Zonder een woord Engels kunnen we duidelijk maken wat we willen en worden we de berg opgereden. Daarna kunnen we het weer op eigen kracht!

Fietsen in Jordanie; de voorbereiding.

Voorbereiden, plannen en herplannen.

Soms kunnen mensen zich moeilijk voorstellen dat we ‘op de bonnefooi’ fietsen en ’s middags nog niet altijd weten waar we ’s avonds slapen. Toch gaat er wel zeker wat voorbereiding aan vooraf, voor we op fietsvakantie gaan.

Voor iedere reis stippelen we (lees: Koen) een route uit, we lezen over interessante plaatsen en kijken waar er hotels te vinden zijn. En we bedenken wat we aan bagage mee moeten nemen. Wat is de temperatuur, kunnen we er kamperen, zijn er andere dingen waar we rekening mee moeten houden (visum, vaccinaties, bedekkende kleding, etc)?

We waren verheugd te ontdekken dat er een heuse Jordan Bike Trail is. Er wordt dus gefietst en er is al een interessante route! We gebruiken deze route als uitgangspunt, maar kunnen altijd nog uitwijken naar de Kings Highway als de biketrail te moeilijk blijkt te zijn of als er onvoldoende slaapplaatsen langs de route blijken te zijn.

Een week voor vertrek krijgen we het bericht dat onze terugvlucht van Amman naar Amsterdam is gecanceld. Wat nu? We mogen ‘gratis’ ook de heenvlucht annuleren, daar gaat onze reis waar we al zo lang naar uitkijken! Of we mogen ‘gratis’ omboeken. Naar een andere lokatie of andere datum. En dat een week voor vertrek😵‍💫. Ook al leggen we nauwelijks iets vast, de voorbereiding doen we niet voor niets.

Uiteindelijk lijkt het ons de beste optie om de terugvlucht om te boeken van Amman naar Tel Aviv. We passen de fietsroute aan en zien dan ook nog wat van Israel en Palestina, ook interessant! Bijkomend nadeel is dat we al een hotel hadden gereserveerd die onze fietsdozen 3 weken wilde opslaan, maar nu zullen we in Tel Aviv andere dozen moeten regelen voor de terugvlucht. Nog een nadeel is dat onze terugvlucht op zondag is en in Israel is er op vrijdag en zaterdag Sabbath, waardoor we op donderdag al de dozen moeten ophalen, voor het geval we nog andere benodigdheden moeten kopen (bijv. extra karton, tape).

Of de planning uit gaat komen zoals van tevoren bedacht, weten we nooit. Oftewel enige flexibiliteit is nodig als je op fietsvakantie gaat!

De voorbereiding op Schiphol: fietsen in dozen verpakken.
Bagage inchecken.

Fietsen in Schotland

Een mooie fietsreis in Europa, bij voorkeur niet per vliegtuig waren onze wensen voor deze zomervakantie. Deze brachten ons in Schotland waarbij we ons eindeloze natuur, schitterende landschappen en uitdagende weersomstandigheden voorstellen. Een regenpak mag in elk geval niet ontbreken in onze bagage!

Wat ons na aankomst al vrij snel opvalt is de vriendelijkheid van de mensen. Niemand zit verlegen om een praatje en men kijkt geinteresseerd en glimlachend als we voorbij fietsen. Net als in Nederland blijken ook hier de small talks vaak over het weer te gaan. Ook hier kijkt men zuchtend door het raam als ze zien dat de regen met bakken uit de lucht komt. Op enkele dagen na, blijken we te boffen met het weer en kunnen we goed kamperen en al fietsend genieten van de schitterende vergezichten.

Edinburgh

In de Schotse hoofdstad blijkt het Fringe Festival, het grootste comedy festival ter wereld te zijn, gedurende bijna de hele maand augustus. We zien vele straatartiesten, gratis comedy-shows, hordes mensen op straat en overvolle bars een restaurantjes. We zijn benieuwd hoe de stad eruit ziet als er geen Fringe is. Er zijn in ieder geval voldoende barretjes en leuke eetgelegenheden.

Canals

De eerste fietsdag fietsen we van Edinburgh naar Glasgow, over rustige fietspaden langs kanalen, het Union Canal en Forth & Clyde Canal. We passeren vele interessante constructies, zoals sluizen, aquaducten over riviertjes en het beroemde Falkirk Wheel, waarbij boten van een lager gelegen kanaal naar een hoger gelegen kanaal getild worden en vice versa.

Vanuit Glasgow fietsen we richting de schiereilanden aan de westkust, waar we na 60km worden overvallen door een flinke regenbui, waardoor we al snel ‘stranden’ in Sandbank en een hotel invluchten. De weersvoorspelling was niet goed en het blijft inderdaad de hele middag volop regenen. De volgende dag weer volop regen in de middag, maar we fietsen stug door en uiteindelijk nog 10km terug om een betaalbaar hotel te vinden, mèt bad, een fijne beloning.

National Cycle Network

De dagen daarna ontdekken we het National Cycle Network; uitgepijlde routes over fietspaden en zoveel mogelijk autoluwe wegen. De zon breekt steeds meer door, waardoor er 4 prachtige fietsdagen en kampeeravonden volgen. Omdat deze uitgestippelde routes erg mooi, rustig en afwisselend zijn, wijken we volledig af van de route die we in eerste instantie in gedachten hadden. We zien vanaf een camping de Ben Nevis, de hoogste berg (1.345m) van Groot Brittanie en rijden bijna een hele dag langs het  beroemde meer Lochness. Toevallig lezen we in het nieuws dat uit recent onderzoek is gebleken dat het monster van Lochness waarschijnlijk een enorme paling is!

Bergachtig landschap

Vanuit Inverness fietsen we, om van zoveel mogelijk fijne zonnige fietsdagen te genieten, meteen door naar het noorden. Hierdoor fietsen we uiteindelijk 8 aaneengesloten dagen. In het noorden wordt het landschap steeds meer verlaten en bergachtiger. Het wordt ook steeds frisser en winderiger, wat maakt dat we graag een hotel verkiezen boven kamperen om comfortabel op te kunnen warmen.

In Thurso in ‘The Far North’ pakken we een dagje rust en bezoeken een Whisky-distileerderij. ’s Middags nemen we de trein terug naar Inverness. De dagen daarop is de weersvoorspelling wederom niet best. Eerst is het nog redelijk en genieten we van mooie onverharde paden, door bos en langs uitgestrekte heidevelden.

Het Cairngorms National Park krijgen we vervolgens niet op z’n mooist te zien, maar met veel laaghangende bewolking en langdurige miezerregen. Door de regenval zijn de wilde rivieren nog wilder wat een spectaculair beeld geeft.

Whisky en worteltjestaart

Aan lekkernijen ontbreekt het absoluut niet. Tijdens iedere pauze is er een groot aanbod van cakes en taarten, waar we moeilijk nee tegen kunnen zeggen. Een dagelijkse beloning voor onze fietsprestaties, met de worteltjestaart als favoriet.

Avondeten is ook zeer goed verkrijgbaar. Veel leuke restaurantjes met een prima keus aan gerechten. Een veel voorkomend gerecht is Haggis. Schotten eten dit graag op elk moment van de dag. Toen ik las wat het is (schapenmaag gevuld met de ingewanden van een schaap, havermout en specerijen), wilde ik het niet eens proberen. In Edinburgh dachten we dat het een touristtrap is, met zoveel aanbod. Maar bij het eerste adres van Warmshowers kregen we homemade Haggis voorgeschoteld, zowel de echte als de vegetarische variant en doordat het goed gekruid is en een fijne kruimelachtige textuur heeft, smaakt het echt heel erg lekker!

Overal in Schotland vind je Whisky-distileerderijen en natuurlijk hebben we diverse whiskies geproefd. Het is nog een kunst om de weg te vinden in het enorm grote, diverse aanbod, maar bij de 2e distilleerderij worden we goed geadviseerd en wordt het steeds interessanter als je je eigen smaak leert kennen en je Whisky ook echt gaat waarderen. Dat zal in Nederland wellicht nog een vervolg krijgen!

Tot zover deze korte impressie van onze fietsvakantie in Schotland, waarbij we kennis hebben gemaakt met de Schotse cultuur, hebben genoten van de schitterende landschappen en de vriendelijkheid van de Schotse bevolking, waarbij we onze regenkledig hebben kunnen testen en onszelf regelmatig hebben verwend met een comfortabele slaapplaats en lekkernijen en waarbij we leuke steden hebben bezichtigd (Edinburgh, Glasgow, Newcastle).

Statistieken

Aantal fietsdagen: 13

Totaal aantal km: 1077km

Langste dagafstand: 110km

Aantal lekke banden: 0

Aantal dagen (veel) regen: 5

Aantal hotels/guesthouses: 6

Aantal hostels: 3

Aantal AirB&B: 1

Aantal campings: 4

Warmshower-hosts: 2

Klein geluk

We zijn door onze diverse reizen wel gewend om om te gaan met tegenslagen maar nog veel meer om te genieten van kleine verrassingen. Elke dag is het namelijk weer afwachten hoe de route eruit zal zien, wie we ontmoeten, wat voor eten en slaapplaats we vinden…

Eten vinden naar onze zin, is in Colombia regelmatig een uitdaging aangezien het lokale eten vooral heel veel koolhydraten bevat en overal bijna hetzelfde is. We hebben dan ook nog nooit zoveel pizza gegeten als tijdens deze reis.

Het wordt wel steeds gemakkelijker om eten te bestellen in het Spaans door onze uitbreidende woordenschat en het voelt inmiddels ook volkomen normaal om bouillon met aardappelen en rundvlees te bestellen als ontbijt.

De hotels zijn behoorlijk, maar er is altijd wel wat op aan te merken: koude douche, toilet zo klein dat je klem tussen de muur komt te zitten, een hard matras, waar nog een plastic hoes omheen zit, evenals om het hoofdkussen, geen raam, geluidsoverlast… in de slechtste situatie een combinatie van deze factoren!

De thuis nauwkeurig voorbereide fietsroute hebben we al vrij snel bij het grofvuil gezet. Fietsen blijkt in Colombia toch iets anders te zijn dan in Iran, Oeganda of India. Wegen blijken enorm steil en/of onverhard waardoor we veel langzamer zijn en minder km’s per dag kunnen afleggen dan we gewend zijn. De route is dus al meerdere keren omgegooid. Om onszelf te sparen hebben we een paar keer een bus gepakt. Zoals in de meeste landen kunnen ook hier de fietsen gewoon mee, ook al is er eigenlijk geen ruimte voor.

Zo hebben we ons vaker aangenaam laten verrassen door de Colombianen of moeten lachen om hoe dingen verlopen.

Met 15 man in en op een Willy’s Jeep gepropt worden om te gaan parapenten.

Met z’n allen bergopwaarts over een onverharde hobbelweg was bijna spannender dan het parapenten zelf!

Straathonden zijn onze grootste nachtmerrie, ze kunnen ineens hard blaffend en bijtend achter ons aan rennen. De Colombiaanse honden zijn juist enorm vriendelijk. Ze kijken niet of nauwelijks op als wij voorbij stuiteren. Op een terrasje kunnen ze rustig als een aanhankelijk huisdier naast je komen zitten om geaaid te worden om vervolgens aan je voeten in slaap te vallen.

Wielrennen en MTB’en blijken een favoriete sport in Colombia. We worden hartelijk gegroet door andere fietsers en ook automobilisten, motorrijders en zelfs vrachtwagenchauffeurs moedigen ons aan met een toeter of een duim. Gaaf om te zien dat het hier zo populair is onder mannen én vrouwen.

Regelmatig wordt ons gevraagd waar we naar toe gaan en waar we die dag begonnen zijn. Vaak wordt er vol ongeloof gereageerd. Zoveel hoogtemeters?! En dan onderzoekend kijkend naar de fietsen; jullie hebben geen versnellingen!?

Als we ons tergend langzaam een berg omhoog ploeteren haalt een auto ons in en komt voor ons tot stilstand om een flesje water door het autoraam te geven. Als een ware professional nemen we het flesje aan en fietsen verder met een grote glimlach op ons gezicht.

De grootste verrassing kwam vandaag toen we tijdens de lunch aan de praat raakten met een moeder en dochter. Wij hadden net besloten het komende dagen rustig aan te doen en weer op zoek te gaan naar hotel met zwembad, toen de moeder aan gaf dat ze ons graag haar huis wil laten zien en dat we welkom zijn om te overnachten. Gezien de afstand (20km en 800hm) stelden wij voor om morgen langs te fietsen. Nee, zij bedoelde dat de fietsen mee kunnen in hun auto! Wij denken van niet, zeiden wij. Maar jawel hoor, toen we elkaars namen nog niet wisten, waren de fietsen al ingeladen in de auto!

Heerlijk die gastvrijheid, zodat wij weer een extra kijkje hebben in de Colombiaanse cultuur en het landleven en een heerlijk rustige nacht hebben gehad in een mooie, moderne villa midden in de bergen.


Kerst in Colombia

Ieder dorp of stad heeft als centraal middelpunt een Plaza, waarop deze dagen een creatieve kerststal prijkt.

’s Avonds wordt de uitbundige, kleurrijke, knipperende kerstverlichting zichtbaar. Er schalt vanuit diverse cafés en restaurantjes luide muziek over de plaza en jong en oud vermaken zich al wandelend, zittend op de bankjes of spelend, waardoor het een chaos van jewelste is!

Colombianen blijken echte buiten-mensen te zijn, die graag het gezelschap opzoeken op het plein of in het park. Ook houden ze graag vast aan tradities die altijd gepaard lijken te gaan met veel geluid. In Vado Real werden we om 4u s nachts gewekt door kerkklokken, knallend vuurwerk en (vals) zingende mensen. Het hangt samen met “Noventa”, de traditie dat men 9 nachten lang voor kerst tussen 4u en 4.30u kerstpsalmen zingt. Wat ons betreft een onchristelijk tijdstip, we snappen er niets van.

Inmiddels zijn we op kerstavond met de bus aangekomen in Medellin. Op sommige plaatsen in de stad wordt door veel mensen op straat gedronken, op andere plaatsen zijn alle restaurantjes gesloten en vele hostels volgeboekt. Toch lukt het vrij snel om een vrije kamer te vinden, maar we eindigen in het enige restaurant dat nog open blijkt, een foute fastfoodketen, met gefrituurde kippenpoten als kerstdiner.

Feliz Navidad!

Op de proef gesteld

De eerste dagen hebben we onze nieuwe Santossen en onszelf flink op de proef gesteld.

De fietsen zijn meer dan geslaagd voor deze eerste serieuse praktijktest. Het verzet van de Rohloff-versnelling is klein genoeg om een berg op te komen. Het frame is stijf maar toch comfortabel zelfs in een onverharde afdaling.

Helaas hebben de fietsen niet kunnen voorkomen dat we zo af en toe moesten lopen…

Voor ons zat de beproeving met name in de hoogte. Bogotá ligt op 2.600 hoogte. Daar merkte we dat een kleine inspanning al asrdig veel energie kost. Door de hoogte ligt onze hartslag flink hoger. In een beklimming naar 3.000 meter merken we dan ook snel dat ons energieniveau lager is en we sneller buiten adem zijn. Door wat vaker te stoppen bereiken we toch elke keer de top.

Wel zijn de ritten tot nu toe korter dan we gewend zijn.

De collega fietsreizigers die wij vandaag tegenkwamen gaven aan dat zij het fietsen in Colombia erg zwaar vinden en dat een afstand van 50km per dag echt niet gek is! We doen het dus zo slecht nog niet…

Na 3 dagen fietsen zijn we eindelijk op een wat meer ‘bescheiden’ hoogte uitgekomen.

Onze slaapplaats (Villa de Leyva) ligt op 2.100 meter hoogte. Hopelijk helpt dat ook om beter / rustiger te kunnen slapen!